Werken aan taalachterstand voor verbetering van gezondheid

Hoe werken gemeenten, zorgverzekeraars, welzijnswerk, huisartsen, scholen en andere organisaties samen om gezondheidsverschillen te verkleinen? Die vraag onderzoeken coalities in Alkmaar, Almere, Haarlem, Rotterdam, Smallingerland en Venray in het traject Terugdringen gezondheidsverschillen. In Haarlem werkt de coalitie aan een integrale aanpak van de gezondheidsproblemen in de wijk door het medisch en sociaal domein dichterbij elkaar te brengen. ‘Aandacht voor een gezond gewicht en levensstijl begint soms bij de vraag: bent u gelukkig waar u nu woont?’

Portretfoto Joshua en Nicole
Beeld: ©Programma Sociaal Domein
Nicole en Josha

Een nieuw gezondheidscentrum midden in de wijk, waarin niet alleen huisartsen, apothekers en fysiotherapeuten spreekuur houden. Maar ook het sociaal wijkteam, thuiszorg, psychologen en het welzijnswerk. ‘Liefst willen we ook een gemeenteloket, waar je terecht kan met alle vragen over bijstand of toeslagen, werken, wonen, kinderopvang, mantelzorg en buddy’s’, zegt Josha Puite. Samen met fysiotherapeut Nicole Cremers is ze de stuwende kracht in de wijk Schalkwijk in Haarlem, achter het nieuwe centrum. 

Centrum zonder drempels

Professionals uit het medisch en sociaal domein moeten hier onder één dak gaan samenwerken om de gezondheid van de wijkbewoners te verbeteren. Het moet een centrum worden zonder spreekwoordelijke drempels, zeggen Puite en Cremers met aanstekelijk enthousiasme: ‘We willen ook een leestafel en lekkere koffie. Mensen moeten als vanzelf binnenlopen en informatie of hulp kunnen krijgen waarmee ze hun leefsituatie, en dus ook hun gezondheid in brede zin, kunnen verbeteren.’

Het gezondheidscentrum is nu sinds drie jaar gevestigd in portocabins. Daarvoor was er geen huisarts in de wijk, zegt Puite. ‘Mijn vader was huisarts en toen mijn man en ik de praktijk overnamen wilden we hierheen. Ik ben hier opgegroeid, ik heb hart voor de wijk en voor de problemen van de mensen hier.’

‘We waren als gemeente wel bezig met het thema gezondheidsverschillen, maar het kreeg niet echt ruimte. Door de pilot veranderde dat. Het kost tijd om de juiste mensen aan tafel te krijgen en gezamenlijke ambities te formuleren’

Coalitie in Schalkwijk

De plannen voor het nieuwe gezondheidscentrum bestonden al, maar kregen een impuls door de nieuwe samenwerking in Haarlem. Die ontstond mede vanuit de pilot om gezondheidsverschillen terug te dringen. De gemeente was hierin de aanjager.

Doel was om aan te sluiten bij wat er al is aan initiatieven, zegt projectleider van de gemeente Haarlem, Agnes Becker. ‘We waren als gemeente wel bezig met het thema gezondheidsverschillen in de stad, maar het kreeg niet echt ruimte. Als projectleider kreeg ik de tijd om een netwerk op te bouwen in de Boerhaavewijk. Dat duurde een jaar. Het kost tijd om de juiste mensen aan tafel te krijgen en gezamenlijke ambities te formuleren.’

Gezondheidsachterstanden tussen hoger en lager opgeleiden en mensen met of zonder migratie-achtergrond worden steeds groter. Dat blijkt ook uit de data van de Haarlemse GGD. Het aantal kinderen met overgewicht is in het centrum van Haarlem 8 procent. In Schalkwijk, onderdeel van de Boerhaavewijk, is dat 21 procent. 

‘Het streven van de coalitie is om jongeren op een gezond gewicht te krijgen’, zegt Becker. ‘Om dat te bereiken willen we de algemene gezondheidsvaardigheden in de wijk verbeteren. De klassieke manier is dan om informatie te geven over gezond leven en eten, maar wij willen breder kijken. Met  een taalachterstand is het niet eenvoudig om etiketten in de supermarkt te begrijpen. En als je als professional niet de juiste vragen stelt, krijg je niet helder waarom iemand gezondheidsklachten heeft.’ 

‘Met een taalachterstand is het niet eenvoudig om etiketten in de supermarkt te begrijpen’

Andere aanpak professionals

De aanpak in Haarlem heeft twee sporen: verbeteren van taalvaardigheden voor de gezondheidsvaardigheden. Daarnaast moeten ook professionals in de wijk anders gaan werken. ‘De boodschap bereikt de doelgroep niet’, zegt Becker. ‘Het medisch domein ziet veel, maar vraagt vaak niet door of geeft de signalen niet door aan de professionals in het sociaal domein. En andersom geldt dat natuurlijk ook.’

In het gezondheidscentrum zijn Josha Puite en Nicole Cremers hier al een paar jaar mee bezig. Puite: ‘Als we écht aan de gezondheid van mensen in de wijk willen werken moeten we andere vragen stellen, meer doorvragen op thema’s dan alleen het medische. We moeten kijken naar de hele mens en verder, niet het kleine stukje waarvoor we zijn opgeleid. Het idee van het nieuwe centrum is dat we dan ook patiënten als dat nodig is meteen kunnen doorsturen naar het wijkteam dat een deur verderop zit.’ 

Armoede en sociale problemen hebben een enorme impact op de gezondheid, zegt Puite. ‘Stoppen met roken is niet je topprioriteit als je schulden hebt en niet weet of je volgende week nog een huis hebt.’ 

Zorgplicht of doorvragen

Cremers geeft een voorbeeld van de “bredere” blik van de hulpverleners in de wijk: ‘We hadden een patiënt die thuis pijn op de borst  kreeg. De man dacht: laat maar, ik wil toch niet meer. Maar hij vond het toch rot voor zijn kinderen en belde alsnog de huisarts. Hij revalideert nu in ons centrum. De fysiotherapeut kan dan het standaard hartrevalidatieprogramma aanbieden. Dan heeft hij aan zijn zorgplicht voldaan. Of hij kan tijdens de intake vragen: ‘Waarom wilde u eerst de ambulance niet bellen? Hoe ziet uw leven eruit?’ ’

De fysiotherapeut koos voor het laatste. Cremers: ‘Toen bleek dat deze patiënt helemaal niet gelukkig is waar hij woont, in een flat met veel sociale problematiek. Hij wil graag verhuizen naar het oosten van het land, waar minder prikkels zijn. Die signalen geven we door aan het sociale wijkteam.’

‘Hoogopgeleide, witte professionals hebben te maken met een laagopgeleide doelgroep met vele culturele achtergronden. Dus moeten we gespreksvaardigheden oefenen’

Armoede en gezondheid

Het dilemma is wel, zeggen Puite en Cremers, dat hoogopgeleide, witte professionals te maken hebben met een laagopgeleide doelgroep met vele achtergronden. ‘Dus moeten we gespreksvaardigheden oefenen’, zegt Puite. ‘En los daarvan moeten we als professionals bereid zijn om de patiënten écht te leren kennen.’ 

En eerstelijnsprofessionals moeten bereid zijn om de partners in de wijk te kennen: scholen, ggz, sociaal wijkteam, sportsupport. Door de samenwerking binnen de pilot weten mensen elkaar nu goed te vinden, zegt Cremers. ‘We waren veel verschillende vlekjes in de wijk en nu zijn we één uitdijende vlek. Een hele verbetering. Dat is bereikt door structureel veel samen te komen, de verschillende ideeën en projecten aan elkaar te verbinden en ervoor te zorgen dat je dezelfde taal spreekt.’

Supermarktsafari’s

Vanuit de coalitie zijn verschillende initiatieven gestart, zoals supermarktsafari’s en een fittest waarbij mensen gratis hun bloeddruk kunnen laten meten. ‘Die test is populair en is het ideale moment om mensen te vragen naar hun algemene gezondheid en de keuzes die ze maken’, zegt Agnes Becker. Helaas heeft corona ook hier roet in het eten gegooid.  Een grote “markt” met een fittest en informatie over taalvaardigheden en gezond leven kon daardoor niet doorgaan.

Daarnaast wil Becker ook met collega’s van andere gemeentelijke diensten kijken naar de inrichting van de Boerhaavewijk. ‘Hoe faciliteren we dat mensen meer gaan bewegen?’ zegt Becker. ‘Daar is meer groen voor nodig, wandelroutes en bankjes, een andere inrichting ook van de schoonpleinen. Dat is een streven voor de langere termijn.’

Hoe faciliteren we dat mensen meer gaan bewegen? Daar is meer groen voor nodig, wandelroutes en bankjes, een andere inrichting ook van de schoonpleinen'

Aanpak per wijk

Uiteindelijk moet de aanpak vanuit de coalitie zich verspreiden over heel Haarlem. Nu de pilot Terugdringen Gezondheidsverschillen eindigt wil de gemeente de aanpak borgen in het lokale Preventieakkoord. Die moet uiteindelijk worden uitgewerkt in concrete plannen per wijk, zegt Becker. ‘Wat in Schalkwijk werkt, hoeft in andere wijken niet aan te slaan. Het is cruciaal dat je kijkt naar je samenwerking in de wijk, welke mensen en organisaties de kar trekken en welke initiatieven er zijn. De uitvoering en ambities moeten gezamenlijk zijn, ondanks verschillende belangen.’

Over vijf jaar maakt het niet meer uit of een bewoner in Schalkwijk met een probleem bij de huisarts, de psycholoog of het wijkteam komt. ‘Het idee is dat hij of zij altijd op dezelfde route belandt’, zegt Cremers. ‘En langs die route bekijken we de kwaliteit van leven, en hoe we die kunnen verbeteren.’