Experiment Transforensisch Team: Zorg bieden ‘tussen alle hokjes’ door

Steeds opnieuw vallen ze terug in de criminaliteit of hun drugsverslaving, ze hebben schulden en veroorzaken veel overlast in hun omgeving. Ze hebben hulp nodig, maar mijden de zorg. Aan deze lastige groep biedt het zogeheten Transforensisch Team (TFT), een samenwerking tussen zorginstellingen in Tilburg, een ‘laatste strohalm’. ‘Wij bieden zorg en begeleiding tussen alle hokjes door.'

Het zijn de ‘buikpijndossiers’, van mensen met een heel complexe problematiek – schulden, verslaving, gedragsproblemen, zware criminaliteit – waarvoor het Transforensisch Team in Tilburg vorig jaar werd opgericht.

GGz Breburg (psychiatrische zorg), Fivoor (forensische zorg), Amarant (zorg voor mensen met een verstandelijke beperking), Novadic-Kentron (verslavingszorg) en het Zorg- en Veiligheidshuis Midden-Brabant werken hierin samen. De pilot is onderdeel van de CityDeal Zorg voor Veiligheid in de Stad en het traject Betere samenwerking tussen zorg en veiligheid.

‘Het werd ons 2,5 jaar geleden duidelijk dat er een vaste groep steeds opnieuw in aanraking komt met justitie’, zegt TFT-coördinator Naomi Heringa. Dat hardnekkige justitiële verleden is naast meervoudige problematiek de enige overeenkomst tussen deze mensen: ‘Het is geen homogene groep. De één heeft een verstandelijke beperking, de ander gebruikt drugs of heeft een persoonlijkheidsstoornis. Veel van hen zorgen voor grote overlast in hun omgeving. Hun leven kent stevige ‘pieken’, waarbij ze in aanraking komen met justitie of andere crises meemaken.’

Half jaar op de stoep

Het Transforensisch Team wil deze ‘pieken’ voorkomen. Het team ging vorig jaar van start en heeft nu 15 cliënten in behandeling. Drie cliënten zijn een kortere periode begeleid. Elke aangebrachte ‘casus’ wordt eerst besproken in het team. Als er telefonisch geen contact kan worden gelegd, dan gaan, vanwege de veiligheid, twee medewerkers langs bij de cliënt thuis.

Soms wordt de politie vooraf ingeschakeld om in de buurt te blijven. ‘Meestal zijn we na een of twee bezoekjes ‘binnen’, zegt Heringa. ‘Bij één persoon moesten we een half jaar lang terugkomen, voordat er voldoende vertrouwen was en we met hem in gesprek konden.’

Door de bundeling van expertise van de samenwerkende instellingen kan het team snel schakelen, zoekend naar de juiste oplossingen. ‘We gaan met deze mensen in gesprek. En we zijn er voor hen. We appen met hen over hoe het gaat, denken mee over oplossingen, gaan mee naar de rechtbank of de reclassering. We bepalen niet voor de cliënt, maar mét hem welke van de problemen we het eerst aanpakken en hoe.’

Het is geen homogene groep. De één heeft een verstandelijke beperking, de ander gebruikt drugs of heeft een persoonlijkheidsstoornis.

Consequenties niet overzien

De mensen achter de ingewikkelde dossiers zien vaak zelf door de bomen het bos niet meer, zegt Heringa. ‘De zorg van nu redeneert vaak dat mensen zélf iets moeten willen veranderen. En er wordt veel over hen gepraat. Ze moeten op een bepaalde tijd ergens zijn voor een gesprek of behandeling. Maar dat werkt niet.

De werkelijkheid van deze mensen is ingewikkeld. Ze overzien de consequenties van hun eigen handelen niet. Daarnaast zijn de meest basale dingen in het leven – een huis en een vast inkomen – niet geregeld. Daardoor blijft het onrustig en dat vergroot de kans op verkeerde beslissingen.’

Agressie

Neem één van de vijftien cliënten, die sinds een jaar door het Transforensisch Team wordt begeleid. Hij mocht zijn kinderen niet zien en viel regelmatig terug in criminele gewoontes als hij geld nodig had. ‘Bij hem zagen we wat we veel zien bij deze groep, namelijk dat veel agressie voortkomt uit onrealistische verwachtingen’, zegt Heringa.

‘Hij bleef maar eisen dat hij zijn kinderen wil zien. Toen hebben we hem duidelijk gemaakt dat hij eerst zelf iets moet laten zien, namelijk dat zijn agressie is verminderd. Hij heeft nu sinds kort een eigen woning en heeft zijn leven nu dusdanig op de rails dat hij binnenkort zijn kinderen mag bezoeken.’

Regie nemen

Waarom werkt de aanpak van het Transforensisch Team nu precies? ‘We proberen de wensen van de cliënt samen te brengen met onze ideeën voor een oplossing. En we bieden continuïteit, geen kortdurende hulp. Als iemand weer in detentie gaat, worden behandelingen vaak onderbroken. Heel erg zonde. En een ander pluspunt van Transforensisch Team is dat we gewoon kunnen starten, zonder dat we eerst op alle juiste vinkjes - een officiële beschikken, of zorgovereenkomst - hoeven te wachten.’’

Deze mensen hebben vaak te maken met heel veel hulpverleners, zegt Heringa, maar niemand heeft de regie. ‘Het Transforensisch Team denkt en handelt niet in de hokjes waarin de zorg en de hulpverlening zijn georganiseerd. Het helpt uiteraard ook dat we een pilot zijn: we hebben een eigen budget en bedenken zelf hoe we processen organiseren en registreren.’

Pilotfase

Het Transforensisch Team hoopt na de pilotfase uit te breiden naar 25 cliënten en daarna naar 50, met geld van het programma Koers en Kansenvan het ministerie van Justitie en Veiligheid. Daarna is het mogelijk dat de aanpak door andere gemeenten wordt overgenomen.

Het Transforensisch Team is een voorloper op de ketenveldnorm, welke gebaseerd is op de levensloopbenadering. Heringa: ‘Met ons team kunnen we nu over de bestaande financieringsstromen heen acteren, zoals ook in de ketenveldnorm de bedoeling is.’ Vanaf 1 januari 2020 moeten zorgverzekeraars, justitie en gemeenten de krachten bundelen om  de zorg voor deze kwetsbare groepen te organiseren.

En de cliënten zelf? ‘De cliënt waar we het net over hadden is heel blij met ons en zegt dat we er echt voor hem zijn. Eén van de begeleiders helpt hem met praktische dingen, de ander vindt hij erg slim; die vraagt hij mee naar de rechtbank, om dingen uit te leggen.’

Lees ook:

*  de deelrapportage van de pilot Transforensisch Team, onderdeel van de CityDeal Zorg voor Veiligheid in de Stad

* het eindrapport van de CityDeal Zorg voor Veiligheid in de Stad.